De bewijslast omtrent het wel of niet als zelfstandige werken komt bij de werkgever te liggen. Dit blijkt uit de ‘Hoofdlijnenbrief Arbeidsmarkt’ van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Hierin heeft de minister de plannen van het kabinet uiteengezet om de arbeidsmarkt te hervormen. Zo komt er een uitwerking van het begrip ‘gezag’. De gezagsverhouding is namelijk het voornaamste criterium waarover veel onduidelijkheid bestaat bij de beoordeling van arbeidsrelaties. Als het aan het kabinet ligt, moet je als opdrachtgever gaan bewijzen dat een zzp’er niet in dienst is. Je zult dus moeten aantonen dat een zzp’er ook echt als zelfstandige werkt en dat je dus geen loonheffingen hoeft in te houden. Dit moet ervoor gaan zorgen dat de uitbuiting van schijnzelfstandigen verdwijnt en zzp’ers beter beschermd worden. Daarnaast wil het kabinet ook andere knelpunten aanpakken. Zo maakt het fiscaal gezien uit of iemand een zzp’er of werknemer is. Een zzp’er die voldoet aan het urencriterium heeft namelijk recht op ondernemersaftrek. Dit onderscheid wil het kabinet verkleinen door de snellere afbouw van de zelfstandigenaftrek. Ook is in het regeerakkoord al afgesproken dat er op termijn een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen komt.

Peter Meulepas, administratie- en belastingconsulent te Mill.