Foto: Cockie Kremers

Berry Richters (66 jaar) uit Mill is een ondernemer pur sang. Samen met zijn compagnons Lex Leenen en Camiel Hunink is hij actief met zowel Woodmill in Mill als BlueView in Nijmegen.

We spraken Berry over deze bedrijven en over hoe het allemaal begon. De rode draad door zijn verhaal blijkt kansen zien, de juiste compagnons vinden, hard werken en medewerkers waarderen.

Woodmill

Woodmill is een veelzijdig houtbewerkingsbedrijf en te vinden aan de Houtzagerijstraat in Mill. Het bedrijf bestaat uit twee afdelingen. Waar de ene afdeling zich focust op het produceren van kleine tot zeer grote houten isolatieonderdelen voor industriële transformatorbouwers in binnen- en buitenland, produceert en ontwerpt de andere afdeling een grote diversiteit aan meubelen. Die laatste richt zich op de projectmeubelmarkt. Binnen de segmenten zorg, onderwijs en justitiële instellingen leveren zij kwalitatief hoogwaardige meubelen, gemaakt van molestbestendige materialen.
Inmiddels ontdekken ook steeds meer particulieren de producten van Woodmill voor op maat gemaakte keukens en overig interieurwerk. 

BlueView

Bij BlueView werken ruim 700 mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Het is geen sociale werkplaats, maar een social firm. BlueView benadrukt vooral de mogelijkheden van medewerkers en richt de processen zodanig in dat die mogelijkheden benut kunnen worden. Dit doen zij in gecontroleerde omstandigheden binnen een ISO-9000-kwaliteitszorgsysteem. Zo gaan zij liever voor extra hulpmiddelen die medewerkers kunnen ondersteunen dan voor winstmaximalisatie. Op deze manier creëren zij werkgelegenheid voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. De initiatiefnemers zetten hun kennis en kunde in om met deze bijzondere groep medewerkers kwaliteit, kwantiteit en leverbetrouwbaarheid voor hun klanten te realiseren, die daarvoor een realistische prijs betalen. Van medewerkers wordt verwacht naar vermogen te presteren waarvoor in ruil een serieuze baan in een serieuze werkomgeving wordt geboden.

Berry Richters is voor veel inwoners een echte Millenaar, maar toch is hij geboren in Eindhoven. Op zijn achtste verhuisde Berry samen met zijn ouders en broer Walter vanuit Eindhoven naar Zuid-Afrika. “Mijn vader werkte voor een Zwitsers bedrijf en zij wilden dat hij naar hun vestiging in Zuid-Afrika ging. Toen hij in 1970 overleed zijn we teruggekomen naar Nederland.” De moeder van Berry en Walter was een echte Millse en vandaar dat men vanuit Zuid-Afrika naar Mill kwam, waar ze aan de Havikstraat gingen wonen. “Mijn moeder was een dochter van Bakker Jansen; die zat tegenover de NRF waar later de winkel van Weren kwam. Mijn moeder verongelukte enkele jaren later. Ik was toen 18 jaar.” Berry ging bij oma wonen en Walter, die 2 jaar jonger is, vond onderdak bij Peter Heesakkers. 

School en studeren was niet direct iets wat bij Berry paste, maar hij had goed technisch inzicht en was een echte autodidact (iemand die zijn kennis vergaart door zelfstudie, red.). Hij had wat baantjes, waaronder op de tekenkamer bij de NRF in Mill. “Ik ben toen in militaire dienst gegaan. Daar kreeg ik als kortverbandvrijwilliger een opleiding aangeboden tot opticien. Dat zag ik wel zitten. Maar na een week of drie bleek dat ze te veel aanmeldingen hadden en toen werd ik uitgeloot. Ik wilde toen stoppen in dienst, maar daar dachten ze daar anders over. Ik heb mijn diensttijd uitgezeten in Havelte in Drenthe.”

Na zijn diensttijd had hij via een uitzendbureau verschillende baantjes, waarna hij in Cuijk terecht kwam. “Ik ging werken bij een Amerikaans bedrijf dat apparatuur leverde aan de olie- en gasindustrie en elektriciteitscentrales. Het was echt op z’n Amerikaans: 15 medewerkers op kantoor en 1 in de werkplaats. Die laatste was ik. Ik moest er eigenlijk alles doen, dus ik leerde snel het hele bedrijf kennen. In eerste instantie stuurde men me vaak naar de raffinaderijen in Rotterdam, maar al snel moest ik ook naar Frankrijk en later ook naar het Midden-Oosten.” Berry werd uiteindelijk hoofd van de onderdelenverkoop en serviceafdeling en kreeg een managementfunctie.  

Het bedrijf groeide, net als het klantenbestand en het aantal medewerkers. Op een gegeven moment waren er 75 mensen in dienst. “Toen werd besloten om het bedrijf te sluiten en de hele productie naar Amerika te verhuizen. Zij kregen echter te maken met Nederlandse wetten over afvloeiingsregelingen. Hun bankrekening was goed gevuld, dus de bond drong aan op een goede regeling voor werknemers. Ik werkte daar toen het langst van allemaal en kreeg dus een mooi bedrag. Dat was voor mij de basis voor het vervolg van mijn loopbaan.”

Zoals eerder vermeld is Berry iemand die kansen ziet en met de juiste contacten en compagnons zaken op kan zetten. “Ik had in alle jaren veel contacten opgebouwd en kende een bedrijf in Hengelo dat actief was in dezelfde branche. Ik wist dat zij wilden uitbreiden en producten wilden gaan maken die wij al in ons assortiment hadden. Ik ben naar die directeur gestapt met de vraag of hij het bedrijf in Cuijk wellicht over wilde nemen. We hebben toen met 4 personen dat bedrijf in Cuijk inclusief medewerkers overgenomen. Ik was één van die vier. Dat kon ik doen omdat ik via de genoemde regeling wat geld had gekregen.” Dit alles duurde tot 1992. “Ik reisde over de hele wereld, was amper thuis en zag mijn vrouw en kinderen te weinig. Er waren weken bij dat ik in 1 week van Amsterdam naar Rio vloog en weer terug en 2 dagen later naar Singapore. Ik kreeg echt last van heimwee en ik miste de kinderen en mijn vrouw.” 

Berry nam het besluit om als zelfstandig ondernemer aan de slag te gaan. Dat deed hij samen met een bekende die bedrijfskunde had gestudeerd en stage had gelopen bij het bedrijf waar Berry werkte. De ander was Bil Schonenberg uit Langenboom, die inkoper was. “We hebben dat groots aangepakt, eerst vanuit een pand in Nijmegen en later zijn we naar Cuijk verhuist. Na anderhalf jaar was dat pand ook te klein en toen hebben we een nieuw pand gebouwd in Cuijk.” Dat het bedrijf succesvol was bleek wel toen een andere speler op hun markt het bedrijf over wilde nemen. “Daar zijn we op ingegaan. Ik stond daar ook wel voor open. In 2006 heb ik een hersenbloeding gehad, wat me toch niet in de koude kleren is gaan zitten. En nee, dat lag niet aan het te hard werken wat sommigen toen zeiden. Ik was best stressbestendig. Ik werkte hard, maar deed dat graag en kon daar goed tegen. Maar die hersenbloeding was wel een extra stimulans om open te staan voor de verkoop. Ik had er wel mijn hele ziel en zaligheid in gestoken, dus wilde het niet zomaar van de hand doen.” Afspraak was dat Berry nog twee jaar bij het bedrijf bleef voor een goede en soepele doorstart.  

Dit verhaal lezende zal het niet als verrassing komen dat niets doen Berry niet heel gemakkelijk af zou gaan. Twee maanden voordat Berry zou stoppen bij het door hen verkochte bedrijf, begon zijn onrust: “Ik werd ’s nachts wakker en dacht: wat moet ik nou gaan doen? Ik heb veel hobby’s, maar weet ook dat als hobby een verplichting wordt, dat het geen hobby meer is. Ik ben toen nog iets langer gebleven, maar dat voelde op een gegeven moment ook niet meer als ‘mijn bedrijf’. Stoppen was daarom het beste.”

In het verleden had hij al eens contact met Camiel Hunink en Lex Leenen die in Nijmegen actief waren met bedrijfsactiviteiten voor mensen met een arbeidsbeperking. “Daar maakten wij voorheen ook gebruik van. Zij kregen steeds meer technische vragen waar ze zelf weinig mee konden. Zij vroegen mij in 2014 om hen te helpen. Dat was het bedrijf BlueView wat in Nijmegen op 3 verschillende locaties zit en nu aan ruim 700 mensen werk biedt.” In het verleden viel dat alles onder de verantwoordelijkheid van samenwerkende gemeenten. Destijds ging het vooral om inpakwerk met als belangrijkste taak mensen aan het werk houden. “Wij dachten dat dit ook anders kon. Wij willen een zinvolle baan bieden en benaderen dit op een meer commerciële manier. Dit is voor alle partijen goed aangeslagen. Wij bieden onze medewerkers bij BlueView een gewone reguliere baan en iedereen presteert binnen de eigen mogelijkheden.” 

Eén van de klanten van BlueView is een bedrijf dat transformatoren produceert. Bij BlueView maakte men daarvoor een van de kleinere isolatiedeeltjes, maar het ging wel om 8 miljoen stuks per jaar. De producent had ook grotere onderdelen die door BlueView niet te produceren waren. “Om dit werk te kunnen doen moesten we flink investeren in computers en machines. We hebben daarom eind 2014 Woodmill opgericht waar we de kleine tot grote houten isolatieonderdelen voor transformatoren maken.” Dit doen zij ondertussen overigens voor meerdere producenten.

Op een BlueView vestiging in Ede maakte men onder andere meubels voor de zorg en begeleid wonen projecten. “Maar in coronatijd vond de gemeente het niet verantwoord om mensen met een beperking daar aan de slag te hebben. Er waren wel afspraken met opdrachtgevers. We hebben toen besloten de vestiging in Ede te sluiten en het in Mill onder te brengen bij Woodmill.” Sommige medewerkers kregen elders binnen BlueView een baan of gingen met pensioen, maar sommigen werken nu nog steeds bij Woodmill. “We hebben hen een auto gegeven zodat ze vanuit Ede naar Mill kunnen komen. Wij doen graag wat extra om vakmensen te houden.” De afdeling meubelen is ondertussen ook flink uitgebreid qua afzetmarkt. Niet alleen binnen de zorg maar ook maken zij bijvoorbeeld inrichtingen voor winkels. Ook particulieren weten Woodmill steeds vaker te vinden.

Door de groei van Woodmill is men ook regelmatig op zoek naar extra medewerkers. Belangstelling? Check dan de website www.woodmill.nl.