Na de 5-delige serie over Kasteel Tongelaar kan een serie over Kasteel Aldendriel natuurlijk niet ontbreken, een reeks met maar liefst 7 delen. Terwijl Tongelaar in het buitengebied van Mill ligt, is het uit omstreeks 1400 daterende Kasteel Aldendriel wat centraler gelegen, tenminste nu.
Het kan niemand ontgaan zijn, dat het kasteel momenteel door de diverse restauratiewerkzaamheden volop in de spotlights staat, dus des te interessanter om deze serie te lezen.
Aldendriel, een kasteel met een binnen- en een buitengracht, heeft vele eigenaren en bewoners gekend, maar lang niet alle originele stukken zijn bewaard gebleven, hetgeen het soms moeilijk maakt om de ware feiten te achterhalen en we nogal eens op tegenstrijdige berichtgeving stuiten.
In een cijnzboek (een boek waar de accijnzen van o.a. pachters werden genoteerd) van rond 1500 is er sprake van de vele landerijen behorende bij het huis Aldendriel. Rond 1550 zijn er de stallen en de boerderij bij gebouwd. Het kasteel was geen burcht, zoals Tongelaar, waar uit verdediging gevochten is en er ridders letterlijk in het harnas gestorven zijn. Aldendriel had geen militaire functie, maar was een statussymbool.
Het kasteel fungeerde voornamelijk als een economisch centrum met landerijen, boerderijen, stallen en een bierbrouwerij. De bijgebouwen waren oorspronkelijk in een vakwerkconstructie opgetrokken, pas later zijn de huidige bakstenen gebouwen verrezen.
De eerste bewoner, die ons bekend is, is Jonkheer Hendrik van der Voort van Aldendriel, waarschijnlijk afkomstig van het kasteeltje De Voort uit Groeningen, maar volgens een ander schrijven zou deze familie uit de Achterhoek komen. Hun familiewapen bestaat uit een rode lelie op een zilveren schild omlijst met vijf rode blokken. Het kasteel blijft tot omstreeks 1750 in het bezit van deze familie en hun nazaten, waarna het landgoed in handen komt van de heren Van Well van de Heerlijkheid Well in Limburg.
Tussen 1648 en 1744 stelden de toenmalige eigenaren, o.a. Aelbecht van der Voort en Bartholdt van der Voort, een deel van het kasteel beschikbaar aan de dorpelingen van Mill om daar de kerkmis in het geheim te vieren. Deze schuilkerken werden gerealiseerd, omdat in de Republiek der Verenigde Nederlanden o.a. rooms-katholieken bij de wet verboden waren om hun geloof te belijden. Toen in 1740 Mill toestemming kreeg om een schuurkerk te bouwen in de nabijheid van het kasteel was dit niet meer nodig. Sporen van deze kerk zijn echter nog steeds aanwezig in het kasteel. In welke vorm, dat leest u pas in deel 7.
Volgende week bekijken we de periode vanaf ongeveer 1750 tot 1900. Wie waren toen de bewoners en welke veranderingen onderging het kasteel?
Mocht u in het bezit zijn van fotomateriaal of andere documenten voor wat betreft Aldendriel, dan zijn Myllesheem en de familie Geurts van Kessel, de huidige eigenaren daarin zeer geïnteresseerd. Stuur dan een mail naar
Geschreven door Marja Verheijen
Bron: Ontdek Mill, Wikipedia en BHIC Kasteel Aldendriel geschreven door Rien Wols (2009), Kastelengids van Noord-Brabant