Aan de Venweg in Langenboom is in de afgelopen maanden zo’n 16 hectare aan natuur ontwikkeld. Niet door Staatsbosbeheer, niet door Brabants Landschap of Natuurmonumenten, maar door twee (oud)agrariërs met visie: dhr. Willems en dhr. van Dommelen.

Met ondersteuning van de gemeente Mill en Sint Hubert, het Groen Ontwikkelfonds Brabant en adviesbureau Areal is een kleine landbouwenclave van de familie Willems door omgezet in nat hooiland. Een paradijs voor vogels, insecten en amfibieën. Met deze ontwikkeling is een groot natuurgebied in de Raamvallei compleet gemaakt. Een mooi voorbeeld van hoe ondernemen en natuur samen kunnen gaan. ‘’Pioniers’’, noemt Mary Fiers directeur van het Groen Ontwikkelfonds Brabant de mannen. ‘’En die zien wij graag in de Verborgen Raamvallei.’’

Het avontuur begon bij de beslissing van Henk Willems en zijn vrouw Hermien om te stoppen met boeren. Geen eenvoudige besluit, vertellen ze, maar na goed en lang nadenken hebben ze de sprong in het diepe gewaagd. Op eigen initiatief hebben zij het overgrote deel van hun kavel aan de Venweg aangedragen voor de bestemming ‘natuur’. “We hebben altijd melkkoeien, vleeskalveren en varkens gehad, vertelt Willems, maar ik ben nu 66 en daarmee zo goed als gepensioneerd. Onze jongens willen geen boer worden en de droogtegevoelige zandgrond is eigenlijk niet geschikt voor akkerbouw. Er is ook geen ruimte om het bedrijf verder uit te breiden, want we worden omringd door natuur. Om al die grond dan aan te houden… wat moeten we daarmee?”

Als bestuurslid van de Agrarische Natuurvereniging Raamvallei en met zijn ervaring in natuurbeheer beantwoordde hij die vraag uiteindelijk zelf. Al kostte het, logischerwijs, tijd om zo’n belangrijk besluit te maken. Willems: “Ik vind een akker vol bieten, maïs en aardappelen ook geweldig mooi. Dat is het hart dat je hebt als agrariër. Maar ik houd ook van de natuur. Bij de ANV zijn we van mening dat we op minder goede landbouwgronden natuur moeten ontwikkelen, zodat de goede gronden behouden kunnen blijven voor de landbouw. Het één moet geen voorrang krijgen op het ander; het moet een en-en-verhaal zijn. Het was moeilijk om te stoppen na zoveel jaar, maar ik zag hier een unieke kans. Ons perceel ligt aan de Langenboomse bossen, Tongelaar, de meanderende sloot van Staatsbosbeheer… en dit wordt één groot natuurgebied. Dat is natuurlijk fantastisch! Vanuit huis kunnen we de verandering niet alleen op de voet volgen; we genieten ook volop van het uitzicht.”

Het plan

De begeleiding en het inrichtingsplan werden verzorgd door het adviesbureau Areal, gespecialiseerd in projecten in het buitengebied. Gerald Willemsen, kavelruilcoördinator en eigenaar van Areal, ziet in zijn werk veel casussen voorbij komen, maar zelden vallen de stukjes volgens hem zó mooi op zijn plaats. “Hier lagen geen harde opgaves zoals bij de Hoge of Lage Raam”, legt hij uit, “alleen een min of meer latente kans. Het is dat de familie Willems deze kans wilde pakken. Dat zij er geen grond voor terug wilden, scheelde ook. Maar je hebt de mensen nodig die mee willen doen, en dan moet je de instanties nog mee zien te krijgen. In de Verborgen Raamvallei pakken we dingen samen op. Het is een consensusmodel. In verschillende schetssessies kijken we naar alle belangen en partijen en proberen vervolgens met vier, vijf, zes keer ronddraaien tot een plan te komen waar iedereen zich in kan vinden. Het plan Venweg werd opgesteld door de bij Areal werkzame landschapsontwerper Ellen Haverkate, in samenwerking met deskundigen van het waterschap en de provincie. Haverkate: “We ontdekten dat het een heel kansrijk gebied is, onder andere omdat er kwelwater omhoog komt. Hierdoor kan er bijzondere vegetatie groeien. Het stuk bestaat straks grotendeels uit vochtige hooilanden. Er worden een aantal regelbare stuwen geïnstalleerd zodat het water beter op zijn plek blijft. Inmiddels zijn de sloten die over het perceel lopen al verontdiept en verbreed met natuurvriendelijke oevers en er is een poel aangelegd voor de kamsalamander en andere amfibieën. Bij de overgang naar bos – die loopt nu heel recht – ontstaat straks een ruigtezone met struiken en struweel. Dit biedt kansen voor veel vogels en insecten. We maken het gebied ook beter beleefbaar door aan te sluiten bij bestaande routes en toeristische zichtpunten. Denk hierbij aan de Mariakapel en een mooie houtwal. We hebben op allerlei manieren de verbinding gezocht met de omliggende paden en natuur.

Door verschillen in grondwater krijg je ook meer microgradiënt, oftewel waarde voor de ecologie. Het grondwater komt van de zuidkant door de Langenboomse bossen, wordt daar heel schoon gefilterd en stroomt zo de Raam in. Zonder landbouw hebben we één mooie stroom van schoon grondwater. Dat vinden ecologen en hydrologen natuurlijk geweldig, vooral als je het kunt horen stromen. Het was overigens projectondersteuner Marianne Willemsen die tot slot de GOB-aanvraag heeft voorbereid en ingediend. “Ons hele kantoor was erbij betrokken”, lacht Gerald, “Begrijpelijk natuurlijk, bij zo’n mooi project.” Het plan werd goedgekeurd en de subsidie beschikt, waarop Joop van Dommelen aan de slag kon met de inrichting.

Inrichting

Op dit moment is de inrichting van het gebied zo goed als klaar dankzij Joop van Dommelen en zijn team, en de helpende hand van oud-eigenaar Henk Willems. De percelen zijn ingezaaid met gras en kruidenmengsel waar insecten en reeën dol op zijn. De sloten zijn verontdiept en verbreed met natuurvriendelijke oevers voor vogels en amfibieën en er is een poel aangelegd voor de kamsalamander. Nabij de bosrand vindt men een houtwal in wording. Deze zorgt voor een natuurlijker verloop van het vlakke perceel naar de hoge bosrand. Op verzoek van Henk Willems staan er geen twee, maar maar liefst veertien inheemse soorten. En door hem zelf geplant. Goed voor de biodiversiteit, legt hij uit. Joop van Dommelen vertelt dat het inrichten, op een enkele tegenslag na, van een leien dakje liep. “Zeker als je bedenkt dat er vanwege de coronacrisis voldoende afstand gehouden moest worden. Door het droge voorjaar konden de machines hun werk doen. Als het nat was geweest, zeker op dit lage perceel, konden we waarschijnlijk niets beginnen. Minder handig is de droogte als je net gras gezaaid hebt. Zeker als het dan heel hard begint te waaien. Bij windkracht 5 blijft het niet netjes liggen, maar gelukkig begon het op tijd te regenen. Precies de 20 mm die we nodig hadden!” Maar met de aanplant alleen, zijn we er nog niet, vertelt van Dommelen. “Zomaar wat gras en bomen planten op landbouwgrond, maakt nog geen natuur. Het creëren van een echte natuurweide duurt zo’n tien tot vijftien jaar. De bodem moet verschralen, legt hij uit. Om de voedingsstoffen uit de bodem te halen, wordt er gras gezaaid. Dit gras groeit door het gebruik van stikstof en kalium extra hard en neemt fosfaat op uit de grond. Het gras wordt gemaaid en afgevoerd, en dan begint het proces opnieuw, tot het fosfaatgehalte laag genoeg is. Ook het aanzicht verandert door de jaren heen. Het wordt steeds meer ‘echt’ natuur.”

Toch merkt Henk Willems die met zijn boerderij uitkijkt over het land nu al verschil. “De biotoop is veel natuurlijker geworden”, vertelt hij, “daardoor zien we bijvoorbeeld meer reeën. De vorige avond stonden er zo’n vijf in het veld.” Hij laat zien hoe de dieren hun sporen hebben nagelaten. “Ze houden ervan om aan de jonge blaadjes te knabbelen, en ze schuren graag tegen de boompjes aan tegen de jeuk. Vegen, noem je dat.” Een aantal jonge boompjes mist inderdaad een stuk bast en er staan duidelijk hoefafdrukken in het zand. Voor Henk Willems en zijn vrouw Hermien was het een beetje wennen om een ander op ‘hun land’ te zien werken, maar ze zijn zeer tevreden over de manier waarop Joop van Dommelen de inrichting heeft verzorgd. En niet alleen zij.

Positieve reacties

De reacties uit de buurt zijn eveneens zeer positief. Voorbijgangers maken geregeld opmerkingen of pakken de camera erbij. De schuine oevers vallen zeer in de smaak, zowel bij de watervogels en amfibieën, als bij de mensen die deze op hun beurt kunnen bewonderen. En de natuur bewonderen: dat mag. Het aanleggen van een natuurlijk struinpad staat op de planning. Bezoekers zijn welkom, mits zij respect tonen voor de natuur. Dit betekent onder andere honden aan de lijn, om de broedende vogels en jonge reeën te beschermen. Alleen de aanwezigheid van een loslopende hond kan al voldoende zijn voor dieren om uit pure stress hun kroost te verlaten. Om een ommetje mogelijk te maken, legt Joop van Dommelen nog een paar balken over de sloot. Deze fungeren als brug. Hiernaast staat er nog een de regelbare stuw op de planning. Maar verder is het slechts een kwestie van tijd voor dit gebied zichtbaar onderdeel uitmaakt van één groot natuurgebied in de Raamvallei

Hulp van de instanties

Volgens Mary Fiers van het Groen Ontwikkelfonds Brabant zijn er nog niet veel agrariërs die zich wagen aan natuurontwikkeling. “Natuur en landbouw kunnen heel goed samengaan, maar ergens zijn we dat vergeten of verleerd. Wij proberen die werelden weer met elkaar te verbinden en particulieren, bedrijven en organisaties te ondersteunen wanneer ze met concrete plannen komen. Gelukkig is er een groep die het aandurft om te experimenteren, de eerste te zijn. Zo ontstaan mooie initiatieven als deze en natuurlijk ook andere vormen met een verdienmodel zoals voedselbossen, natuurgraven of zonneweides. Dit project kan zo in het boekje. We nodigen iedereen die belangstelling heeft om ondernemen en natuur te combineren graag uit om contact op te nemen.” De gemeente Mill en Sint Hubert speelde, als eigenaar van de grond, ook een belangrijke rol. Zij heeft de grond verkocht en toestemming gegeven om de bestemming te veranderen. Wethouder Jos van den Boogaart: “Wij waren blij dat deze optie op tafel kwam, want we hebben grote opgaven op het gebied van natuurontwikkeling. Met deze overeenkomst voldoen wij aan de compensatieverplichtingen van Agroproeftuin De Peel en is onze gemeente weer een stukje mooier geworden.” Wie dit graag met eigen ogen wil zien, moet een bezoekje brengen aan de Venweg.