Daan zijn dag- en nachtritme zijn regelmatig verstoord door de vele input die hij niet goed kan verwerken. Hij gaat dan ook vaak laat in de avond of ’s nachts wandelen. Het liefst in de natuur waar hij kan genieten van de rust.

Zo ook op dertig september toen hij een kitten langs de weg hoorde die luid miauwend zijn aandacht vroeg. Het was ver buiten de bebouwde kom en hij wist niet wat te doen. Na ruim een uur nadenken besloot hij het diertje mee naar huis te nemen. Hij nam het onder zijn jas want het was ondertussen gaan regenen en behoorlijk koud.

Thuis gekomen ging hij een paar uur later naar een dierenwinkel en vroeg wat een klein katje moest eten en drinken. Hij kocht een kattenbak en creëerde overal plekjes waar de kat kon spelen en slapen. Ik vond het geweldig want Daan kwam hierdoor behoorlijk uit zijn comfortzone en hij had iets om voor te zorgen. En ik besloot me geen zorgen te maken dat hij nooit praat tegen dieren. Dieren voelen op energetisch niveau immers meer aan en het katje voelde beslist dat Daan heel blij was met zijn gezelschap. En wat niet is kan nog komen toch?

Op een dag had ik mijn schoonzus aan de telefoon en vertelde dat Daan sinds enkele weken een katje had. Opeens schoot haar te binnen dat ze een paar weken geleden op een zondag een wit zwart katje had zien zitten in de middenberm van de snelweg Venray Horst. Het was een paar dagen eerder voordat Daan het katje gevonden had vlak bij dezelfde snelweg. Ze was als fervent poezen en katten liefhebber enorm verschrokken en had met het katje te doen. Hoe zou dat in hemelsnaam veilig de weg over kunnen steken. Op de terugweg naar huis had ze de hele weg afgespeurd of ze het katje nog zou zien en hoopte dat het niet verongelukt was. Ze had echter niets meer gezien. En nu had Daan, heel dicht bij de snelweg, een wit zwart katje gevonden dat overduidelijk erg veel honger en dorst had. Zou dit hetzelfde katje zijn geweest? Je weet het maar nooit en hoe mooi is de gedachte dat Daan juist dit katje opgevangen heeft.

Ruim een week later had Daan besloten naar mij te wandelen en was om half vier in de nacht vertrokken. Ik wist van niets. Om kwart voor acht belde hij me op met de vraag of ik hem iets voor Wanroij wilde ophalen. Het was rustig op deze zondagmorgen en ik zag de kerkdeuren in Wanroij wijd wagen open staan voor de kerkgangers. Net voor Wanroij pikte ik hem op en hij vertelde dat hij een heel eind na Overloon de leeuw had gehoord van de dierentuin. Het was stil op de weg en nog donker in het bosrijke gebied. Hij had wel even achteromgekeken toen hij het gebrul van de leeuw hoorde maar vond het vooral een erg indrukwekkend geluid. Je zou er maar dichtbij wonen, waren mijn gedachten. Dat is nog iets anders dan het horen van een uil in het bos.

Het huis van Daan is inmiddels helemaal katten vriendelijk ingericht. Speeltjes en rustplekken, het is een waar kattenparadijs op aarde. En naar mij komen de nodige foto’s en filmpjes zodat ik de ontwikkeling van de kat ook kan volgen. Hij heeft het katje Hecklefang genoemd wat ik natuurlijk niet kan onthouden. Maar hij mag ook Poekie genoemd worden zoals een van zijn broers voorstelde. Twee namen? Moet kunnen toch! Is feitelijk wel sjiek.

Tilly Gerritsma, Mill